Spelers van de ‘kleintjes’ vrezen: ‘Een bouwvakker verdient meer dan de spits van Helmond’
door Dennis van Bergen
Het klinkt zo vanzelfsprekend, voetballers die in coronatijd wel eventjes een gedeelte van hun loon inleveren. Maar is het wel zo simpel? Over de zorgen van voetballers aan de onderkant van het betaalde voetbal. ,,Het is sappelen.”
Als Danny Verbeek tijdens zijn Standard Luik-periode om zich heen keek op de spelers-parkeerplaats, gleden zijn oogbollen geregeld langs de potpourri aan limousines. Hoe anders is het nu, bij FC Den Bosch. Daar ziet hij dagelijks hoe ploeggenoten hun fiets tegen een muurtje van De Vliert stallen, een broodtrommel onder hun bagagedrager geklemd. Een tikkeltje gechargeerd weliswaar, benadrukt Verbeek, maar toch: ,,Wie nog altijd denkt dat we in de eerste divisie miljoenen verdienen, kan ik uit de droom helpen. Voor de meesten is het sappelen om elke maand de huur te kunnen betalen.”
Donderdag repten de belangenbehartigers in het Nederlandse betaald voetbal trots over het bereikte akkoord over een collectieve salarisvermindering, bedoeld om de financiële gevolgen van de coronacrisis voor de clubs te verlichten. Van spelers wordt gevraagd een loonoffer te brengen, variërend van 2,5 tot maximaal 20 procent van het inkomen. Dat geldt ook voor spelers in de eerste divisie. De vraag is echter hoe realistisch dit met name voor de laatste categorie is. Vraag het Jordy Thomassen, aanvaller van Helmond Sport (27). ,,We sluiten onze ogen echt niet voor de problemen in de wereld en dus ook niet die van voetbalclubs”, zegt hij. ,,Je wilt dat je club blijft bestaan. Dus natuurlijk breng je graag een offer. Alleen: hoe ver kun je gaan? Ik kan je verzekeren: Een zzp’ er in de bouw verdient meer dan de spits van Helmond Sport.”
De woorden van Thomassen zijn verre van overdreven. Een doorsnee salaris in de eerste divisie bedraagt 2500 euro. Bruto. Dat is iets meer dan wat een heftruckchauffeur verdient, maar een stuk minder dan een ervaren loodgieter maandelijks gestort krijgt. Laat staan dan wat er bij een voetballer van Feyenoord of Ajax binnenkomt. Het duidt in de kern het morele dilemma waar clubdirecties en vakbonden voor staan. In hoeverre kun je van voetballers solidariteit verlangen, wanneer zij doorgaans al moeite genoeg hebben om rond te komen? Thomassen: ,,Zou het geen beter idee zijn om als spelers bijvoorbeeld clinics voor sponsors en supporters te verzorgen? Op die manier verdien je ook voor je club, maar kun je als speler wel gewoon de apk van je auto blijven betalen.” Verbeek: ,,Water bij de wijn doen is nobel. Maar als je er te veel water bij doet, vloeit de wijn weg.”
Om Verbeek (29) hoeft niemand zich naar eigen zeggen zorgen te maken. Desondanks voelt de aanvaller nu wel voor het eerst in zijn loopbaan spanning over zijn sportieve toekomst. Want: een aflopend contract bij FC Den Bosch. ,,Tot twee maanden terug dacht ik in een zetel te zitten. Ik was bezig aan een goed seizoen, er sluimerde belangstelling vanuit de eredivisie. Maar nu? Geen mens weet wanneer de competitie weer hervat wordt. Het is daarnaast de vraag of clubs überhaupt nog acceptabele salarissen kunnen betalen voor een voetballer van 29 jaar met een eigen huis, een vrouw en twee kinderen. De luxepositie waarin ik dacht te zitten is een prangende positie geworden.”
Aan de onderkant van de eredivisie is de stress er al niet minder om. RKC-icoon Henrico Drost (33) moest dit seizoen 20 wedstrijden spelen om automatisch in aanmerking te komen voor contractverlenging in Waalwijk. Een blessure zorgde er echter voor dat hij dat aantal niet haalde bij de club, waar spelers gemiddeld zo’n 5000 euro bruto verdienen. Gevolg: onzekerheid. Drost: ,,Op zo’n manier wil je je loopbaan niet eindigen natuurlijk. Anderzijds realiseer ik me heel goed dat mijn salaris er in elk geval niet hoger op zal worden, mocht RKC toch met me door willen. Het zijn gewoon heel lastige tijden. Voor iedereen, dus ook voor voetballers in het rechterrijtje van de eredivisie.”
Om nog maar te zwijgen over voetballers die, zoals TOP Oss-speler Kenny van der Weg, sinds de winterstop op amateurbasis uitkomen. Zonder salaris te krijgen dus. De door de wol geverfde verdediger, vele jaren vaste kracht bij NAC, had na een Noors avontuur de overstap naar Oss gemaakt om zich daar weer in de kijker te spelen bij eredivisieploegen. Tevergeefs vooralsnog. De in Hendrik-Ido-Ambacht woonachtige Rotterdammer kan nu niet anders dan afwachten. Al probeert ook hij er ondanks alles het beste van te maken. ,,Ik ben fit, gedreven, startklaar en ga nooit opzij. Ik ben ervan overtuigd dat die mooie club nog komt voor me.